Muziek achter Prikkeldraad- Fania Fénelon

22-07-2021

Biografie

Wereldoorlog Twee

'Meine kleine Sängerin'.

Het verhaal

De nazi's waren meesters in het vinden van manieren om mensen te vernederen en te kwellen. Een dieptepunt in de vermenging van Duitse cultuur en nazi-sadisme was wel het samenstellen van een orkest bestaande uit gedeporteerden. In Auschwitz liet een muziekminnend kampcommandant uit de pas aangekomen meisjes en vrouwen de meest muzikale selecteren. Dezen moesten een orkest vormen, zoals geen componist zich ooit had kunnen voorstellen: tien violen, een fluit, een doedelzak, twee accordeons, drie gitaren, vijf mandolines, slagwerk en cymbalen. Maar onder leiding van een nicht van Mahler speelden deze orkestleden werken van Puccini, Strauss, Beethoven en zelfs de verboden Mendelsohn. Ze speelden marsen voor de werkploegen en voor de mensen die even later vergast zouden worden; ze gaven concerten voor de sinistere dr. Mengele, voor Heinrich Himmler, voor SS-ers en blokhoofden. De auteur vertelt het verhaal zonder zelfbeklag, maar ook zonder aanklacht. Het is een objectieve, bitter-echte kroniek van het lijden en tussen de regels door blijven geloof, dapperheid en humor van deze Franse vrouw branden als een kleine, niet te doven vlam.


Elke keer ik een non-fictie boek lees over de concentratiekampen van Wereldoorlog Twee denk ik nu heb ik alle verschrikkingen die er gebeurden wel gelezen. Elke keer als ik een nieuw boek lees, ontdek ik nieuwe verschrikkingen.

Zo ook in deze Muziek achter Prikkeldraad van Fania Fénelon. Fania zit samen met andere meisjes in het orkest van Auschwitz. Ze moeten op zondag concerten spelen voor de SS'ers en elke ochtend en avond spelen ze de marsen voor de gevangen die aan en af hun werk gaan.

Maar ook voor de vrouwen van het orkest is het gevangenkamp enorm zwaar. Ze zien bijna dagelijks volle treinen aankomen met gedeporteerden, die vervolgens onmiddellijk in vrachtwagens worden gezet naar de gaskamers. Ze zien de kindergezichtjes, de moeders die hun zorgen maken, de vaders die hun gezin willen beschermen, maar de gedeporteerden weten niet waar ze naartoe gebracht worden met de vrachtwagens, de meisjes van het orkest weten het elke keer weer.

Mentaal hebben ze het moeilijk om al dat onrecht aan te zien, om de SS'ers te moeten vermaken. Ze worden dan ook vaak vuil bekeken door de andere gevangen, omdat zij als orkestleden bepaalde privileges hebben.

Zo hoeven ze geen zware dwangarbeid te doen en hebben ze vrije toegang tot het toilet, ze hebben elk een bed met een laken en een deken, een echte vloer en een kachel in hun barak.

De sfeer in hun barak is vaak grimmig, er wordt onderling veel ruzie gemaakt over voedsel, de verdeling van de instrumenten, het egoïsme...Het is steeds ieder voor zich.

Fania schreef met deze Muziek achter Prikkeldraad een erg beeldend verhaal over de gruwelijkheden en de omstandigheden in Auschwitz. Maar ook hoe ze zich daarbij voelde, haar moed om te vechten, haar doorzetting om haar ware zelf niet kwijt te raken. Het verhaal leest erg vlotjes en als ik het weglegde betrapte ik mezelf erop dat ik alles nog eens op een rijtje zette in mijn hoofd. Het verhaal blijft mij enorm bij.

Dankjewel Fania, voor deze prachtige getuigenis.


Deze paragraaf wil ik graag met jullie delen

Onze ziel was moe, net als ons lichaam. We hadden honger: de soep werd minder en er zat minder in, je kon ze er van alles in vinden: stukjes papier, karton, draad. Het was al zo'n bocht, dat je het amper binnen kon houden. Je ging al over je nek van de geur. Weinig enthousiast bereidden we ons voor op de laatste repetitie van die dag. De dagen leken eindeloos te duren, de avonden waren nu nog langer, en uit onze herinnering putten we onmogelijke dromen: een hoofd geheven naar de sterrenhemel, wandelingen langs paden met veel bloemen - onbereikbare dingen, dingen die sommige van ons nooit meer zouden beleven of voelen.


Over Fania Fénelon

Fania Fénelon, geboren in Parijs in 1918, won een eerste prijs voor haar pianospel aan het conservatorium, waar zij tot 1940 studeerde. Om haar aandeel in het Franse verzet werd zij gearresteerd en in januari 1944 naar Auschwitz gedeporteerd. In november 1944 volgde een deportatie naar Bergen- Belsen. Tenslotte werd zij door het Britse leger bevrijd op 15 april 1945. Zij keerde terug naar Parijs en hervatte haar muzikale carrière. Ze overleed in 1983 in Parijs.


Het boek werd in 1980 ook verfilmd door Arthur Miller.


In dit filmpje zie je de bevrijde gevangenen uit Bergen-Belsen HaTikvah, een Joods nummer zingen.

Specificaties

Uitgever: Hollandia

Prijs: Alleen nog tweedehands te vinden vanaf €17,00 Zelf tweedehands aangekocht voor €4,00

Publicatiedatum: 1982

Aantal pagina's: 291

ISBN: 90 6045 482 0